Gelukkig Nieuwjaar

In 1 Koningen 19 staat het verhaal van Elia die plots bang werd van de tegenstand en zich ging verbergen. Het enige waaraan de ontmoedigde profeet nog kon denken was dat hij niet beter was dan zijn voorgangers, dat hij niet de hervormingen had doorgevoerd die hij wenste, en dat hij de enige in Israël was die God was trouw gebleven. Hoe meer hij op zichzelf en op zijn situatie gericht was, hoe neerslachtiger hij werd. Maar toen gaf God Elia een dieper inzicht in wie Hij werkelijk was, niet iemand die geroepen was om zelf succes te hebben, maar iemand die in staat was om de Heer te gehoorzamen. Daarna kon de Heer Elia weer verder sturen, om nog een deeltje toe te voegen aan het onmetelijk grote werk dat God op deze aarde en in haar geschiedenis, samen met mensen aan het doen is. De geschiedenis leverde veel personen op die door hun geloof een steentje konden bijdragen in dit immense bouwwerk van God. Stuk voor stuk zijn dit getuigen van zinvolle gehoorzaamheid aan de Heer; en van de zegen of de blijdschap en het geluk dat daarbij vrij komt.

Nu wij door zo’n menigte geloofsgetuigen omringd zijn, moeten ook wij elke last van ons afwerpen, evenals de zonde waarin we steeds weer verstrikt raken, en vastberaden de wedstrijd lopen die voor ons ligt. Laten we daarbij de blik gericht houden op Jezus, de grondlegger en voltooier van ons geloof: met de vreugde voor ogen die voor Hem in het verschiet lag, heeft Hij het kruis verdragen en de schande ervan aanvaard, en heeft Hij zijn plaats ingenomen aan de rechterzijde van de troon van God.

Hebreeën 12: 1-2 (NBV21)