Matteüs 5:4

De hoofdstukken 5, 6 en 7 van het Matteüsevangelie gaan over Jezus’ onderwijs.

Tweede zaligspreking

De treurende wordt blij als hij of zij ‘vertroost wordt’. Troost kan uiteraard niet zelf opgewekt worden het komt altijd van buiten af.

Wij behoren niet alleen dringend te leren leven uit genade die we ‘van boven’ ontvangen; en genade leren verbruiken zoals een opstijgende C130 overmatig cerosine verbruikt. Maar ook leren om onze levensvreugde en opwellingen van blijdschap, uit die ene fantastische Bron, de Heilige Geest te halen. Het Koninkrijk van God bestaat in rechtvaardigheid, vrede en blijdschap door de heilige Geest.(Rom 14:17 NBG51). Laten wij daar eerst even bij stilstaan, vooraleer we het over treuren hebben. 

Blijdschap door de heilige Geest leren, betekent in de eerste plaats dat we ons niet bezig houden met onbenullige dingen. 

Jesaja 55:2 Waarom weegt u geld af voor wat geen brood is, en uw arbeid voor wat niet verzadigen kan? Luister aandachtig naar Mij, eet het goede, en laat uw ziel vreugde scheppen in de overvloed. (HSV)

Mensen maken vaak de fout om te denken dat de ‘overvloed’ die blij en gelukkig maakt, betekent dat al je wensen vervuld zullen worden. Maar aandachtig naar de Heer luisteren en dankbaar het goede van Hem in ontvangst nemen, geeft aanleiding tot een leven dat niet meer op zichzelf en op eigen wensen gericht is, en ook niet op de mensen rondom ons en op hun wensen; wat niet wegneemt dat we toch bekommerd zijn over hun noden. Doorheen de Bijbel zien we dat de Heer verwachtingen schept en dat mensen hun levensgeluk vinden als ze verre, zinvolle doelen nastreven. Luisteren naar de Heer en leven uit zijn genade verruimt ons leven en bergenhoge verwachtingen rijzen op aan de horizon. 

Het elfde hoofdstuk van Hebreeën kijkt terug naar de geloofshelden uit het Oude Testament. Van Abraham wordt gezegd: “Hij verwachtte de stad met fundamenten, waarvan God de ontwerper en bouwmeester is” (vers 10). Van alle aartsvaders wordt gezegd dat zij: “allen in het geloof gestorven zijn, zonder de beloften verkregen te hebben; slechts uit de verte hebben zij die gezien en begroet” (v. 13). En van alle heiligen van het Oude Testament tesamen wordt het volgende gezegd: “Ook deze allen, hoewel door het geloof een getuigenis aan hen gegeven is, hebben het beloofde niet verkregen, omdat God iets beters voor ons had voorzien, zodat zij niet zonder ons tot de volmaaktheid konden komen.” (v. 39-40)

Dat er Iets beters ‘voor ons’ is voorzien, betekent voor de mensen van het Nieuwe Testament, dat is het Nieuwe Verbond dat door oudtestamentische profeten aan de horizont werd geplaats, de tijd waarin Gods gerechtigheid en zijn vrede doorbreekt. De tijd waarover de profeet Joël zei “de dag des Heren komt. Hij is nabij!” (Joël 2:1) en verder in hoofdstuk 3 lezen we …  ‘Ik zal mijn geest uitgieten over al wat leeft’ (3:1). 

Jezus (volop het NT) verkondigde dat Gods beloofde koninkrijk ‘vlakbij’ was; en op de pinksterdag, na Jezus’ hemelvaart, zei Petrus dat Joëls profetie over de Heilige Geest vervuld was. Wij leven als discipelen van Jezus niet meer met bergen van verwachting aan de verre horizont, wij leven gewoon tussen deze bergen. Maar dat zijn nog steeds bergenhoge ‘verwachtingen’! 

Op het einde van 1Kor 13 schrijft Paulus dat zijn kennis zeer beperkt is, maar straks, zegt hij zal ik volledig kennen, zoals ik zelf gekend ben. En dit is wat blijft: geloof, hoop en liefde.

Geloof en hoop zullen altijd blijven bestaan. Ultieme blijdschap en geluk is de omarming van de ultieme verwachting – wat geloof en hoop in feite is. En het is gedijen in de onbevattelijk eeuwige liefde van God, die onophoudelijk meer te verwachten biedt dan wij ooit zullen kunnen ontvangen. 

De blijdschap door de heilige Geest die we dringend als levensbron moeten leren kennen bestaat uit verwachting, het is geen blijdschap omwille van wat wij ontvangen hebben en ook niet om wat we ooit zelf kunnen ontvangen. De verwachtingen door de heilige Geest overstijgt dat alles. We verwachten de Heer! En de ontplooiing van zijn plannen die ons bevattingsvermogen ver te boven gaan. 

Wanneer treuren wij?

Of wat bedoelt Jezus met ‘Zalig zijn zij die treuren, want zij zullen vertroost worden’.

Wij treuren als de bergenhoge verwachtingen uit het zicht verdwenen zijn. Het zijn immers onzichtbare bergen, verwachtingen kunnen heel sterk zijn, maar ze zijn onzichtbaar. Een mens is zwak, niemand weet op voorhand of zijn verwachtingen kunnen standhouden.Liefde moet steeds weer gerealiseerd worden; Geloof, hoop en dus onze verwachtingen moeten in de praktijk beproefd en daardoor gesterkt worden. Wie ze uit het oog verliest, verliest zijn blijdschap door de Heilige Geest. En als je toch de zonde niet wilt toelaten, maar de kracht van Gods genade moet missen; zul je in depressie en droefheid vervallen en treuren om je eigen zondigheid en om deze van de wereld waarin we leven. Want op zich is het leven uitzichtloos en alles wat bestaat absurd. Treuren, droefheid, rouw en berouw zijn nauw verwante begrippen.

Evenzeer als blijdschap door de Geest behoren wij droefheid omwille van het ontbreken van de Geest te leren kennen. 

Ik geef een voorbeeld uit het oude testament waar treuren de wil van de Heer is, om te leren dat de zaligheid, of de ultieme blijdschap in de vertroosting (die van buiten onszelf komt) ligt en nergens anders.

Op een bepaald moment spreekt de profeet Jesaja grote afkeer uit over de vreugde, het plezier en de feestmaaltijden van Gods volk op dat moment (Jes 22:13). Er was namelijk grote ellende over het volk gekomen, ze waren overweldigd door een vijandig volk en er was hen groot kwaad aangedaan. De Heer roept hen op om daarover te wenen en te rouwen (v.12 WV); maar, zegt Jesaja, u richtte uw blik op het wapendepot (v.8 WV), en op de verdedigingsmuren en watervoorraden van de stad. Maar op Hem die dit alles teweegbrengt was uw blik niet gericht (v.11 WV). Jullie hebben je niet gericht tot Hem die van tevoren wist dat dit allemaal zou gebeuren. Inplaats van te rouwen en met je ellende naar de Heer te gaan, zijn jullie feest beginnen vieren omdat je jezelf hebt kunnen beschermen tegen nog erger. Je hebt plezier gemaakt om daardoor niet meer aan je ellende te moeten denken, en voor de rest van je leven zou je deze ellende onderdrukken. Tegenwoordig is het algemeen geweten dat het de verborgen of onderdrukte moeilijkheden en trauma’s zijn, die ons verdere leven domineren. In een artikel in ‘De Morgen’ van 22 juni 2023 stond een titel: ‘We zijn ons er niet van bewust, maar trauma’s sturen ons leven’. 

De Heer wil dat we treuren! Over de waarheid dat de wereld en ieder mens persoonlijk in grote problemen zit en afstevent op totale ondergang. Ook al is er zoveel goede wil en zijn er goede inzichten en technieken … de destructieve machten zijn sterker! Als de Schepper Zelf niet ingrijpt, zijn we overgeleverd aan vernietigd verderf.

De Heer wil niet dat de schepping, inclusief de mens die Hij ‘heel goed’ gemaakt heeft, verloedert en kapot gaat. Hij heeft daarenboven het lot van de schepping verbonden aan het lot van de mens. Hij heeft het beheer over wat Hij goed gecreëerd heeft op aarde, aan de mens toevertrouwd, om erover te regeren of om het met veel zorg in orde te houden, zoals Hijzelf dat zou doen! Het is de bedoeling dat ieder mens zijn roeping accepteert om een beeld van God te zijn, en in opdracht van God, samen met alle medemensen te leven, te handelen en te regeren op aarde. 

Genesis 1:27-28 (HSV): En God schiep de mens naar Zijn beeld; naar het beeld van God schiep Hij hem; mannelijk en vrouwelijk schiep Hij hen.

En God zegende hen en God zei tegen hen: Wees vruchtbaar, word talrijk, vervul de aarde en onderwerp haar.

In wezen behoren wij droevig te zijn en te treuren omdat de grote meerderheid van de mensen, en in zekere mate ook wijzelf,  onze roeping negeren om in de eerste plaats een beeld van God te zijn. En omdat zoveel mensen, en misschien ook wijzelf Gods beloften om ons daarin tegemoet te komen in de wind slaan, en feesten vieren om onze ellende en geestelijke armoede te onderdrukken. Inplaats van berouwvol uit te zien naar God en naar wat Hij belooft. Of inplaats van te leren blij te zijn door de Heilige Geest. Omwille van de grootse, bergenhoge verwachting van de zaligheid die binnen handbereik gebracht is door de Heer Jezus, de Messias. En waarin we leren wandelen als in een onzichtbaar landschap, geholpen door de Heilige Geest die de authentieke goddelijke vertroosting biedt. Het is aan ons, om ons oog gericht te houden op dit onzichtbare landschap. Om m.a.w. heel concreet het goede te verwachten van de Heer en van zijn koninkrijk of zijn beheer: de heerschappij die in Christus onder ons is. En met deze blik op de Heer en op het onzichtbare landschap van zijn koninkrijk een levensstijl te ontwikkelen die treurt omwille van het zinloze streven naar holle doelen; en blij is met de verwachting van wat God belooft en in onze tijd ook verwezenlijkt en beschikbaar stelt dankzij de genade, de onzichtbare energiebron waarop de Heilige Geest ons aansluit. 

Van Simeon die, door de Geest gedreven, naar de tempel kwam toen de pasgeboren Jezus er door zijn ouders werd binnengebracht, wordt gezegd dat hij “uitzag naar de vertroosting van Gods volk” (Lucas 2:25). Toen hij het kind in zijn armen kreeg, zag hij deze vertroosting met zijn eigen ogen, zei hij! Simeon was oud, heel zijn leven had hij het gesukkel, de narigheid en de ellende van het menselijk bestaan zonder verdoving meegemaakt. Heel droevig! Maar nu had hij de vertroosting in zijn eigen armen gezien. Hij kon als een uitermate blijde man sterven. Later, als volwassene, zei die kleine baby: Zalig zijn zij die treuren, want zij zullen vertroost worden.


Te bespreken

  1. Waarom haatte God de feesten in Jesaja 22:13? Lees verzen 5 en 11-13.
  2. Wat betekent het dat een mensenleven gestuurd wordt door zijn trauma’s?  Waardoor wordt een ‘verloste’ gestuurd? (Romeinen 8:4)
  3. Waaruit bestaat de vertroosting in Matteüs 5:4?

Plaats een reactie